Voor de collecte zie de linkerkolom op uw beeldscherm.
Liturgie:
Welkom en mededelingen
De Paaskaars wordt aangestoken
NLB 791
2. Liefde, die ons hebt geschapen
vonk, waarmee Gij zelf ons raakt,
Alles overwinnend wapen,
laatste woord, dat vrede maakt.
3. Liefde luidt de naam der namen
waarmee Gij U kennen laat.
Liefde vraagt om ja en amen,
ziel en zinnen metterdaad.
4. Liefde waagt zichzelf te geven,
ademt op van goede trouw.
Liefde houdt ons in het leven,
daarop hebt Gij ons gebouwd.
5. Liefde laat zich voluit schenken
als de allerbeste wijn.
Liefde blijft het feest gedenken
waarop wij uw gasten zijn.
6. Liefde boven alle liefde,
die zich als de hemel welft
over ons: wil ons genezen,
Bron van liefde, liefde zelf!
de Vries/Vogel
Stem: Zonder liefde ben je nergens
Al kon ik nog zozeer
In prachtige preken
mijn redes afsteken
en wist wijze woorden op ieder gebied
maar had de liefde niet
dan was het toch meer
wat trommelgekletter
gezwets en geschetter
had ik de liefde niet,
Al blies ik trompet
hoog van de toren
al zong ik in koren
de sterren van de hemel, het hoogste lied
maar had de liefde niet
dan klonk het toch net
als toeters en bellen.
Ik had niets te vertellen
had ik de liefde niet.
Zonder liefde ben ik nergens
zonder jullie stel ik niets voor.
Had ik jullie niet bij me
dan ging ik er aan onderdoor.
Want liefde is echt
en liefde is aardig
is open, oprecht
en eerlijk, rechtvaardig.
‘t Is liefde die ziet hoe opnieuw te beginnen
die ieder verdriet
ook de dood kan overwinnen.
NLB 829
2. De hoop die in ons is
en ons doet leven,
dat is een erfenis om door te geven
voorgoed.
3. Wij houden ons bereid
om te ontvangen
de Geest die ons geleidt
en ons verlangen vervult.
Tekst Joke Ribbers
Melodie Willem Mesdag
Stem: uit NLB 636
Liefde is licht, opnieuw geboren,
wakker uit nacht en eenzaamheid;
liefde wil strelen niet verstoren
hunkering naar geborgenheid.
Liefde is licht, laat zich niet vangen,
komt door gesloten deuren heen,
biedt aan de woede beide wangen,
breekt harten harder dan een steen.
Liefde is licht, uit Hem geboren
die zelf de bron van liefde is;
Hij heeft zijn kind aan ons verloren,
Pasen schrijft zijn geschiedenis.
Ubicaritas
Daar waar liefde heerst
en vrede,
daar waar liefde heerst,
daar is God met ons.
Geloofsbelijdenis
Ik geloof dat God niet anders is dan liefde en barmhartigheid.
Hij kan het niet verdragen als mensen lijden ondervinden.
Hij heeft daarom Zijn Stem laten horen in het Goede Woord,
het Woord dat ons op het spoor zet van liefde en menselijkheid.
Ik geloof dat God het onophoudelijk verlangen is,
dat er een einde zal komen aan alles wat de mens en deze aarde afbreekt.
God wil dat er voedsel en vrede komt voor alle dag
en door een voortdurend beroep op ons mensen, dat wij barmhartig zijn voor elkaar.
Ik geloof dat God niet als een heerser troont ver van ons vandaan,
zoals aardse heersers en machten.
Ik geloof dat God zich verborgen ophoudt in de zwervende en lijdende mens.
Ik geloof dat God ons aankijkt door de ogen van de mens naast ons die smeekt om liefde en barmhartigheid,
Ik geloof dat God de Stem is
die ons telkens weer roept om de mens te zijn
van wie goedheid en medeleven uitgaat.
Ik geloof dat God zijn vertrouwen in ons niet heeft opgegeven.
Hij heeft ons zijn Liefde gegeven, opdat ook wij in staat zijn
te leven in de Geest van liefde die opbouwt en alles nieuw maakt.
Gebeden
NLB 369b
Onze Vader in de hemel
Uw naam worde geheiligd,
Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede
zoals in de hemel ook op aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood,
en vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij onze schuldenaars vergeven.
En leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van de boze.
Want van U is het koninkrijk en de kracht
en de heerlijkheid in eeuwigheid.
Amen.
Stem: De kleine hoop
Het geloof waar ik het meest van hou, zegt God, is de hoop.
Geloof, dat verwondert me niet.
Ik ben overal zo zichtbaar aanwezig,
in de zon en de maan en de sterren aan de hemel en in ‘t gewemel
van de vissen in rivieren,
en in alle dieren,
en in het hart van de mens, zegt God,
dat het diepste is
en het meest in het kind
dat het liefste is
dat ik ooit heb geschapen.
In alles wat boven en onder is
ben ik luisterrijk aanwezig,
dat geloven, zeg God, in mijn ogen
geen wonder is.
Ook liefde verwondert me niet, zegt God.
Er is onder de mensen zoveel verdriet,
soms niet te stelpen,
dat je toch vanzelf ziet
hoe ze elkaar moeten helpen.
Ze zouden wel harten van steen
moeten hebben als ze voor een
die te kort heeft het brood
niet uit hun mond zouden sparen.
Nee, liefde, zeg God, dat verwondert me niet.
Maar wat me verwondert, zegt God, is de hoop. Daar ben ik van ondersteboven.
Ze zien toch wat er in de wereld allemaal omgaat en ze geloven
dat het morgen allemaal omslaat.
Wat een wonder is er niet voor nodig
dat zij dat kleine hoopje hoop
nooit als overbodig
ervaren
maar met voorzichtige gebaren
in hun hand en in hun hart bewaren,
een vlammetje dat keer op keer weer
wankelt en dreigt neer te slaan
maar altijd weer weet op te staan,
en nooit wil doven.
Soms kan ik mijn eigen ogen niet geloven.
Geloof en liefde zijn als vrouwen.
Hoop is een heel klein meisje van niks.
Zij stapt op tussen de twee vrouwen
en iedereen denkt: die vrouwen houden
haar bij de hand,
die wijzen de weg.
Maar daarvan heb ik meer verstand,
zegt God, ik zeg:
het is dat kleine meisje hoop
dat al wat tussen mensen leeft
en al hun heen en weer geloop
licht en richting geeft.
Want het is dat kleine meisje hoop
-je ziet het zwak zijn, bang zijn, beven,
je denkt soms dat het zo onooglijk is -
het is dat kleine meisje hoop
dat de mensen zien laat, zien soms even,
wat in het leven mogelijk is.
Het geloof, zegt God, waar ik het meest van hou,
de liefde waar ik het meest van hou, is de hoop. Geloof, dat verwondert me niet.
Liefde, dat is geen wonder.
Maar de hoop, dat is bijna niet te geloven.
Ikzelf zegt God, ik ben ervan ondersteboven.
Charles Péguy
Lied: God so loved the World
God had ons zo lief, en Hij gaf Zijn eniggeboren Zoon, dat al wie gelooft in Hem niet vergaat, maar eeuwig leven heeft.
Want God zond niet Zijn Zoon om dan de wereld te oordelen, maar dat de wereld door Hem wordt gered.
God so loved the world
That he gave his only begotten Son
That whoso believeth, believeth in him
Should not perish, should not perish
But have everlasting life
For God sent not his Son into the world
To condemn the world;
God sent not his Son into the world
To condemn the world;
But that the world through him might be saved
God so loved the world
That he gave his only begotten Son
That whoso believeth, believeth in him
Should not perish, should not perish
But have everlasting life, everlasting life
Everlasting, everlasting life
God so loved the World
Stem:
Litanie
Levende liefde, blijvende trouw,
toevlucht en toekomst,
Naam ons te boven en zo nabij.
Stormwind en stilte, vuurvlam en zon,
adem en hartslag,
Naam ons te boven en zo nabij.
Oorsprong en einde, bron en begin,
eerste en laatste;
Naam ons te boven en zo nabij.
Zegening
De Levende zegene en behoede u.
De levende doe zijn aangezicht over u lichten, en zij u genadig.
De Levende verheffe zijn aangezicht over u,
en geven u vrede.
Zegen ons en behoed ons,
doe lichten over ons uw aangezicht
En wees ons genadig.
Zegen ons en behoed ons,
doe lichten over ons uw aangezicht
en geef ons vrede.